Er zijn ongeveer evenveel rechtshandige als linkshandige vogels. De eerste vouwen hun vleugels door respectievelijk de rechtervleugel op de linkervleugel te leggen en de laatste – omgekeerd. Sommige duiven cirkelen tijdens de vlucht naar links, terwijl andere naar rechts cirkelen.
Bij katten is 40% rechtshandig, 20% linkshandig en de overige 40% gebruikt beide ledematen.
Omdat apen veel tijd doorbrengen met het klimmen in bomen, hebben ze een goede controle over al hun ledematen nodig. Maar als deze dieren bepaalde handelingen met een stok uitvoeren en gebaren maken, zijn ze meer rechtshandig. Hetzelfde geldt voor bruinvissen, walrussen en bultrugwalvissen. Er zijn geen linkshandige soorten geïdentificeerd.
Motorische asymmetrie betreft niet alleen het gebruik van ledematen. Als een hond door een gang loopt, houdt hij zich vast aan de ene of de andere muur en als hij onderweg een kruispunt ziet, draait hij zich naar dezelfde plaats.